Steeds meer werknemers zijn actief op onder meer Twitter, Facebook en LinkedIn. Recent heeft de rechter twee maal een uitspraak gedaan over arbeidszaken die daarmee verband hielden.
De eerste kwestie betrof een medewerker van Blokker die het bedrijf op Facebook een “hoerebedrijf” en zijn teamleider een “hoerestumperd” noemde. Het argument van de werknemer dat Facebook tot zijn privédomein zou behoren werd door de rechter niet aanvaard. De kantonrechter oordeelde dat het privé karakter van Facebook en het begrip ‘vrienden’ op Facebook betrekkelijk is omdat ook anderen van dit bericht kennis kunnen nemen en het bericht bovendien geretweet kan worden.
De andere kwestie betrof een ex-medewerker die aan een relatiebeding was gebonden. De oude werkgever bemiddelde voor financiële dienstverleners. De oude werkgever toonde een aantal twitterberichten waaruit bleek dat de werknemer aangaf voor de nieuwe werkgever op zoek te zijn naar zzp’ers op het terrein van ‘finance’. De rechter vond dat de werknemer zich daarmee mogelijk op glad ijs begaf. Vooralsnog vond de rechter echter dat met die berichten nog geen sprake is van het “onderhouden van zakelijke contacten” zoals door het relatiebeding verboden was. Het volgen op Twitter is een eenzijdige actie vanuit de volger. Een uitnodiging daarvoor en een acceptatie daarvan zijn, anders dan bijvoorbeeld bij de persoonlijke accounts op Facebook of LinkedIn, niet nodig. Het gaat bij een twitterbericht volgens de rechter in feite om een moderne vorm van adverteren.
In een recent door ons behandelde kwestie schreef een medewerker die ondanks waarschuwing van zijn werk verzuimde om naar een voetbalwedstrijd van Ajax te gaan op Facebook: “Mijn liefde voor AJAX is groter als die voor mijn werk!!!”. Daarmee geconfronteerd koos de werknemer ervoor om in te stemmen met een beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst.